Waarheen leidt de weg……voor de PvdA?

Wie kent haar nog, Mieke Telkamp? In vroeger tijden was zij de vertolkster van de begrafenishit ‘Waarheen leidt de weg?’. Dit vraag ik me ook al jaren af bij de PvdA. De volgers van mijn stukjes kennen mijn haat-liefde verhouding met de partij. Hoewel de haat nooit groot is, moet gezegd worden dat de liefde altijd broos is. De overtuiging voor de sociaaldemocratie is trouwens onverminderd groot.

Na het verlies in maart 2017 bij de Tweede Kamerverkiezingen, besloot ik weer lid te worden van de sociaaldemocraten. Voor mij was dat de vijfde keer. Zeer snel stond ik op de lijst van de plaatselijke PvdA, maar ook de lokale verkiezingen waren andermaal geen succes voor de PvdA. Dat gold niet alleen voor mijn eigen woonplaats, maar eigenlijk voor heel Nederland een uitzondering daargelaten. De PvdA is niet hot, dat is wel duidelijk.

Een interne evaluatie zal volgen. Voor nu wil ik eigenlijk stil staan bij het groter geheel van de sociaaldemocraten in Nederland. Het navolgende is zeker geen wetenschappelijke beschouwing waar het allemaal mis is gegaan, wie de schuld moet krijgen en wat er beter moet gaan. Het wordt geen vooropgezet plan voor een sterfhuisconstructie zoals mogelijk de eerste zinnen doen vermoeden. Voor mij is het een kwestie van bij elkaar harken van een aantal harde feiten tegen de achtergrond van maatschappelijke veranderingen. Ik moet op het einde van dit betoog de volgende twee vragen zien te beantwoorden. Wie wil de PvdA bereiken? Wat staat voor de gemiddelde sociaaldemocraat centraal in zijn eigen politieke vergezicht. Als ik dit kan achterhalen, dan is de vraag ‘Waarheen leidt de weg’ een invuloefening.

 

Geschiedenis

Het gaat te ver om de hele sociaaldemocratische geschiedenis door te nemen in mijn betoog. Ik volsta met de uiterst belangrijke functie die de SDAP voor de Tweede Wereldoorlog had voor de emancipatie van de werkende klasse in materieel en immaterieel opzicht. Met de oprichting van de PvdA in de jaren veertig was het slechts een kwestie van uitbouwen van allerlei voorzieningen zodat iedereen in Nederland een fatsoenlijk inkomen zou krijgen, verzekerd was van goed onderwijs en goede zorg en een vredige oude dag. Mede geholpen door de economische vooruitgang in ons deel van de wereld konden veel idealen verwezenlijkt worden. Zeker ook omdat andere politieke partijen de sociaaldemocratische principes niets in de weg legden. Zij bouwden mee en ondersteunden de nivellering. Er was consensus over de opbouw van de verzorgingsstaat. Het politieke gekibbel ging voor een belangrijk deel over de snelheid van veranderingen en de mate van nivellering. Juist vanwege de consensus over deze sociaaleconomische vraagstukken ging het de PvdA voor de wind. Het electorale hoogtepunt was de overwinningsnederlaag in 1977. De PvdA van premier Joop den Uyl als premier won de verkiezingen ruimschoots. Met tien zetels winst kwamen de sociaaldemocraten op maar liefst 53 zetels. Ruim 1/3 van de Nederlandse kiezers koos voor de PvdA. Met recht een volkspartij die vervolgens niet in de regering kwam. In de jaren daarna lukte dat de PvdA nog maar voor de helft van de tijd. (Tegenover de VVD 75 % en het CDA 60%)

Van de drie grote traditionele partijen lukte het de PvdA dus het minst om regeringsdeelname te forceren en als ze dat dan wel lukte, met uitzondering van Paars 1, waren de gevolgen voor de daaropvolgende verkiezingen meestal desastreus. De laatste Tweede Kamerverkiezingen waren het absolute dieptepunt. De partij uit 1977 is niet meer. De trend gaf al wel een dalend beeld te zien, maar met 9 zetels doe je eigenlijk niet meer mee. Maar zoals we kunnen concluderen lukte dat de PvdA ook al minder dan de andere grote traditionele partijen.

Minder macht dus, minder kiezers dus en al die jaren staan voor iedereen. Als je sinds 1977 de verkiezingsslogans bekijkt dan komen de woorden samen, iedereen, allen etc. veel voor. Dat is ook niet vreemd voor de sociaaldemocraten, het past bij de idealen. Recentelijk is daar ‘verbinden’ bij gekomen. Ook dit past bij de traditie van iedereen en allen. Maar de grote vraag is mijns inziens ‘Wie is iedereen?’ Anno 2017 is dat nog maar 5% van de bevolking die iets met iedereen heeft of zich een onderdeel voelt van iedereen. Voor de PvdA er electoraal vooral te winnen bij die andere 95%. En wil die 95% nog wel verbonden worden.

Wie is de ander?

Het verval tussen 1977 en 2017 is enorm groot voor de PvdA. Tot 2012 is wel een neergaande lijn te zien voor de PvdA, maar vaak waren ze wel de nummer 1 of 2 van het land, soms nummer 3. Zoals gezegd relatief weinig regeringsverantwoordelijkheid, maar door vele populisten wel gezien als het kwaad van alles wat fout is gegaan in Nederland. Het gigantische verlies in 2017 tijdens de Tweede Kamerverkiezingen laat ik even buiten beschouwing, ik leg me toe op de trends die ik zie.

 

1977-2002

De diepe crisis van de jaren tachtig dient zich aan. Nederlanders hebben instinctief het gevoel dat het huishoudboekje op orde moet zijn en blijven. Bezuinigingen worden gewaardeerd door een groot deel van de Nederlanders. Het andere deel voelt die bezuinigingen in het loonzakje. De PvdA komt buiten een korte periode in 1982 voorlopig niet meer in de regering. De partij blijft met schommelingen onverminderd groot, vaak de grootste. Als de VVD en CDA in 1989 echt genoeg van elkaar hebben, krijgt de PvdA weer een kans. Economisch gaat het inmiddels beter en in 1994 komt er na Den Uyl weer een sociaaldemocratische premier. Bovendien wordt Kok premier van een coalitie die tien jaar daarvoor als onmogelijk werd gezien. Met Paars verliest het CDA de sleutelpositie en het Tweede Paarse kabinet krijgt een vervolg met 52 zetels voor de PvdA in 1998. Met de florerende economie kraaien ook de sociaaldemocraten victorie en neoliberale denkbeelden krijgen binnen de PvdA voet aan de grond. De attentie voor de tweedeling is er onvoldoende. Mensen die niet mee kunnen in het arbeidsproces of afhankelijk zijn van anderen voor een goed leven, worden onvoldoende gehoord door de PvdA. Sinds 1994 zit de SP reeds in de Kamer en kan ondanks het succes van Paars, of misschien wel dankzij het succes van Paars, groeien. Een deel van de vakbondsgeoriënteerde PvdA kiezers begeeft zich naar de SP en zullen daar ook blijven. De SP zal die positie wat betreft deze groep niet meer afstaan. De neoliberale wind legt de SP geen windeieren, de PvdA heeft te laat door dat zij een deel van de traditionele kiezer is verloren.

2002-2012

Met 9/11 nog vers in het geheugen, de groeiende afkeer tegen Paars en Europa in de ‘steigers’, verliest de PvdA in 2002, ze worden bijna gehalveerd. Een verlies dat anno 2017 als dragelijk gezien zou zijn, schudde toen heel lang na binnen de burelen van de PvdA. Ad Melkert werd hiervan het trieste boegbeeld na de ontmoeting met Pim Fortuyn. Xenofobische tendensen deden hun intreden in de Nederlandse politiek, zo werd dat tenminste gevoeld in die tijd. Met de kennis van nu moeten we constateren dat de kritiek van Pim Fortuyn mild was in vergelijking met de latere PVV. Mild of niet, Fortuyn en zijn kiezers werden weggezet door de politieke elite waaronder de PvdA. Er werd in ieder geval onvoldoende geluisterd naar de grieven en gevoelens van delen van het electoraat. Een belangrijk deel van de kiezers van Lijst Pim Fortuyn kwam vanuit de PvdA. Ongenoegens over de veranderende samenstelling in de samenleving werden al jaren gevoeld in de zogenaamde volkswijken in de steden. Die ongenoegens konden nu gekoppeld worden aan een partij.  Eerst de LPF, later middels een zich radicaliserende PVV. En het is niet zo zeer dat de gevestigde partijen het eens moeten zijn met de PVV, bij voorkeur niet. Het is vooral het ontbreken van een duidelijk antwoord op de foute retoriek of erger nog het ontkennen van de onderliggende problematiek. Het werd vooral gezien als een tokkieprobleem dat wel over zal waaien. Later komen termen als gemarginaliseerden meer in zwang.

Naast de problematiek rondom de al dan niet vermeende angst voor de Islam speelde ook de verdergaande globalisering een rol. Naast winnaars kende de globalisering ook verliezers. Deze verliezers, die vooral de economische crisis van 2008 voelden, kregen een stok om te slaan namelijk Europa. Europa als het kwaad van alles en daarmee alle partijen die het hoofd laten hangen naar Europa.  De pro-Europese elite gaf reden temeer om pro-nationalistische standpunten in de markt te zetten. De PVV is hierin geslaagd en krijgt daarmee sommige partijen mee in de slipstream. Denk aan Mark Rutte die voor binnenlands gebruik soms ferme anti-Europese uitspraken kan doen. Ook de SP laat de internationale solidariteit varen als het gaat om Europa of vluchtelingenbeleid. Frans Timmermans ten spijt, het lukt de PvdA onvoldoende om de voordelen van een sterk Europa duidelijk te maken aan de kiezer. Ze hebben er geen boodschap aan. Europa is voor de economische elite zoals multicultureel gedrag voor de culturele elite, ofwel de grachtengordel, is.

Toch zijn er twee oorzaken aan te wijzen die de teloorgang van de vaste achterban nog niet meteen zichtbaar maken. In 2006 wordt het gerommel van de LPF en Balkenende beloond met zetelwinst voor de PvdA. In de peilingen voorafgaand aan de verkiezingen in 2012 leek de PvdA af te stevenen op een nieuw diepterecord. Het premiersgevecht tussen PvdA en VVD, oftewel tussen Mark Rutte en Diekerik Samsom, bracht veel linkse kiezers toch nog op de been om voor de PvdA te kiezen. Omdat de PvdA met 38 zetels tweede werd en niet de premier leverde, was het wachten op de grote val.

2012-2017

In dit betoog ga ik geen rapportcijfer geven aan het kabinet Rutte 2. Ook in deze economische crisis komt de Nederlandse mentaliteit bovendrijven dat voor alles het kasboek op orde moet zijn. De zorg en vele andere overheidstaken worden verwaarloosd, de onvrede neemt toe. De PvdA heeft als deelnemer in de regering hier geen duidelijk antwoord op. Ze geven aan dat ze de scherpe randjes er wel hebben afgehaald, dat het zonder de PvdA voor velen aan de onderkant van de samenleving veel erger zou zijn geweest en bovenal dat ze verantwoordelijkheid hebben genomen voor een land in crisis. Misschien is dat zo. Tekenend is het ‘och en wee’ door vooral niet PvdA-politici en niet PvdA-stemmers dat de PvdA onevenredig is afgestraft. Ze deden het immers toch best goed, die bewindslieden. Ze zijn in ieder geval niet met bosjes weggestuurd zoals hun VVD-collega’s. Maar de marketing was slecht op orde met name in de Tweede Kamerfractie was er te weinig tegengeluid te horen. Het gevolg is dat een grote PvdA, slechts drie zetels minder dan de VVD, als bijwagen is gezien van een exclusief VVD-beleid. Ik denk dat de kritiek inhoudelijk soms terecht is, soms ook niet. Maar in een samenleving waar de afbrokkeling van de PvdA-achterban al tientallen jaren bezig is, sterker dan bij de andere traditionele partijen, is er weinig coulance voor de PvdA die de maatschappelijke verantwoordelijkheid wil nemen. Met hun 38 zetels zijn ze alleen politiek nog een machtsfactor zolang het kabinet niet valt, de kiezer is al uitgekeken op de sociaaldemocraten. Tekenend voor deze periode is dan ook nog de afsplitsing van de franchise-onderneming van de Turkse Erdogan. De hondstrouwe allochtone PvdA-kiezer krijgt een alternatief, onder het mom van solidariteit voor iedereen, maar ons eigen groepje eerst en meer. Buiten het feit dat het de PvdA niet te verwijten is dat DENK ontstond, is het wel veelzeggend zoals het gaat in het politieke klimaat. Iedereen moet gehoord en exclusief politiek bediend worden. Zo niet, dan richten we gewoon een eigen clubje op. In maart 2017 kwam de klap die iedereen verwachtte dan eindelijk.

Maatschappelijke tendensen

Hierboven wordt met zevenmijlslaarzen de afbrokkeling van het PvdA-electoraat beschreven. Naast deze politiek getinte argumenten zijn er ook maatschappelijke tendensen te benoemen die van invloed zijn op de aantrekkingskracht van de politiek in het algemeen en de PvdA in het bijzonder. Ik noem ze puntsgewijs in willekeurige volgorde.

  1. De toenemende individualisering van de maatschappij, een groot goed met name ook voor de sociaaldemocratie. Iedereen heeft recht op zijn stukje persoonlijke vrijheid. Als je het negatief zou bestempelen is de emancipatie voor grote groepen verwezenlijkt tot de eigen hedonistische bubbel. Is daarin nog wel plaats voor een collectief belang?
  2. De vervlakking en versnelling van het nieuws. Een stuk als dit, nog buiten de kwaliteit van mijn betoog, is voor de gemiddelde lezer veel te lang, zeker als het gelezen moet worden op een smartphone. We willen alles in hapklare brokken tot ons nemen en we hollen van hype naar hype zonder ons nog te herinneren wat de week ervoor heel belangrijk was. Zo worden politici ook benaderd en zo gedragen ze zich ook noodgedwongen. Of zoals onze Koning het ooit verwoorden dat we leven met ‘oneliners and soundbites’. De nuance is weg, het geduld om langer stil te staan bij een complex item of echt te luisteren naar het tegengeluid is er niet. De versnelling, mede ook door de sociale media, zorgt er ook voor dat kleine probleempjes opgeblazen worden en grote problemen soms niet gezien worden.
  3. De complexiteit van de samenleving is ook veel groter. We moeten wat vinden van elke brandhaard en we moeten solidair zijn met volken en landen waar we 20 jaar geleden het bestaan niet eens van kenden. Met het overspoelen van allerlei ellende zien we door de bomen het bos soms niet meer en hebben de neiging ons terug te trekken in onze eigen bubbel.
  4. Met name de sociale media zorgt wel voor een nieuwe manier van politiek bedrijven die (nog) niet past bij een traditionele parlementaire democratie. Referenda zijn hier een voorbeeld van, maar ook handtekeningenacties om gelijkgestemde te verzamelen om op één item een politiek machtsblok te gaan vormen. Met ‘de oplossing’ van het probleem is de groep vaak weer ter ziele. Individuen zoeken weer nieuwe uitdagingen, maar het grote geheel is soms ver te zoeken.
  5. Een ander en misschien wel het meest op sociaaldemocratische leest geschoeide opmerking is het feit dat nieuws steeds meer koopwaar is geworden. Als de zogenaamde Linkse Media al heeft bestaan, dan is die nu echt wel verdwenen. Zelfs de zogenaamde grachtengordelprogramma’s kunnen alleen nog maar bestaan bij die hapklare brokken en zullen die dan ook voortzetten om het eigen bestaan te kunnen verzekeren. Onafhankelijke media is nog een schaars goed. Ik heb het in deze nog niet over de (ver)vorming van hele samenlevingen als gevolg van gemanipuleerd nieuws of fakenews.
  6. Er is een toenemende tweedeling tussen stad en platteland, meer specifiek de Randstad en de rest van Nederland. De demografische en culturele verschillen zorgen voor een verschil in (politieke) waarden en normen.
  7. De sociaaldemocratie is internationaal aan het terugvallen. Zonder dat alle zusterpartijen in het buitenland één op één te vergelijken zijn met de PvdA, verliezen ze overal in Europa aan populariteit.

Het benoemen van bovenstaande zaken is niet uitputtend, maar het zijn wel maatschappelijke tendensen die van invloed zijn op de houding van de hedendaagse politici, maar ook de waardering voor diezelfde politici door het electoraat. Het is mijn overtuiging dat alle politieke partijen hier in meer of mindere mate ‘last’ van hebben. Partijen gericht op het collectief en solidariteit zullen het extra moeilijk hebben.

De vijver om te vissen voor de sociaaldemocratie

De afbrokkeling van de PvdA is een feit. De SP, de PVV en in mindere mate DENK en de nog niet genoemde 50+ hebben van het verlies van de PvdA geprofiteerd en doen dan nog steeds.

We weten daarmee voor een deel wie weg is gegaan bij de PvdA. Wat moeten we doen om deze mensen voor ons terug te winnen? Moet de PvdA weer de taal gaan spreken van het gestaalde vakbondskader spreken om SP’ers terug te winnen? Of moet we internationale idealen laten varen om de meer nationaal denkende kiezer te bedienen en daarmee de angst voor onomkeerbare ontwikkelingen bevestigen? Moeten we Wilders toch maar een beetje gelijk geven door groepen weg te zetten? Of gaan we ouderen en Turkse Nederlanders naar de mond praten om zo 50+ en DENK leeg te zuigen. Al met al een groep te winnen, goed voor laten we voorzichtig schatten, zo’n 20 zetels.

En dan hebben we het nog niet gehad over GroenLinks en D66. Om met de laatste te beginnen, er is geen natuurlijke overgang van D66 naar de PvdA en andersom. Toch zijn er vanuit het verleden ook veel overeenkomsten tussen beide partijen zeker op immaterieel gebied. Eén ding is zeker, D66 zal bij de volgende verkiezingen zeker verliezen. Hun deelname in het huidige kabinet zal ze duur komen te staan. Dat hebben ze al eerder meegemaakt net als de PvdA. Meedoen met het CDA en VVD levert links zelden iets goeds op en nu hebben ze de ChristenUnie ook nog als bijwagen te accepteren. En de beweging van Jesse Klaver dan, is dat iets om de 29 zetels terug te winnen? Een eenvoudig rekensommetje leert dat GroenLinks, SP en de PvdA samen kleiner zijn dan de PvdA in 2012. De voormalige kiezer van de PvdA in 2012 is niet massaal overgestapt naar de Groene Beweging van Jesse. Dat betekent buiten dat de linkse politiek over de hele linie heeft verloren, maar ook dat vermoedelijk het inzetten op groen voor de PvdA ook maar beperkt iets zal opleveren. Bovendien welke partij en welke kiezer is tegenwoordig ecologisch nog onwetend?

 

Dus op de vraag Wie wil de PvdA bereiken kunnen we kunnen concluderen dat het op basis van de cijfers een zeer beperkte groep is geworden. Hierbij gaan we uit van de bestaande status quo in politieke idealen en presentatie. Wil je een grotere groep gaan aanspreken dan moet er dus iets gebeuren met de (presentatie) van de idealen.

De idealen herzien?

Als het om de vraag gaat ‘Wie wil de PvdA bereiken?’ moet dat volgens de partijideologie, in mijn woorden vertaald, die groep mensen zijn met een internationale wereldvisie die zich verantwoordelijk voelt voor mensen in nood in binnen- en buitenland, opkomt voor de zwakkeren in de samenleving en voorwaarden wil scheppen voor zelfontplooiing voor iedereen. Dat lijkt me een warme boodschap voor kiezers van de SP, 50+, Denk en met wat meer overredingskracht ook voor een deel van de PVV. En toch lukt dat niet, de verdeeldheid is blijkbaar te groot. De PvdA wil verbinden, maar het lukte blijkbaar niet om die groepen binnen de PvdA te houden. De wens om je vertegenwoordigd te zien in je eigen bloedgroep is blijkbaar groot. Liever groene, arbeideristische, op ouderen gerichte, Turkse of veganistische politiek dan een politiek die meer op het algemene belang gericht is. Als je de afsplitsingen van de PvdA bekijkt, zoals ik ze hier beschrijf, dan lijken dat ook niet zo gemakkelijk te verbinden groepen. Je politiek op deze groepen afstemmen is dan ook een onmogelijk taak. De veelgehoorde leus na een verkiezingsnederlaag dat we de boodschap beter moeten overbrengen, of dat we beter naar de mensen moeten luisteren ergert me. Welke mensen, naar de wat bange ex-pvda’er uit een volkswijk? Naar het gestaalde vakbondskader die nog een ouderwets idee heeft van ‘Jan met de Pet’? Of naar de mondaine grachtengordelbewoner die van de Dokkemer melkboer verlangt dat Zwarte Piet afgeschaft moeten worden?

Op Wie de PvdA zich moet richten is beperkt geworden, maar als je kijkt naar de groepen van voormalige PvdA-ers, dan is het overbrengen van een eenduidige politieke visie ook geen eenvoudige opdracht. De tegenstellingen tussen de weglopers lijkt wel onoverbrugbaar. Er is onvoldoende consensus en die PvdA kan die blijkbaar ook niet brengen.

Conclusies

Ik zou niet weten waar de weg heen leidt voor de PvdA. De voorwaarden om deze vraag te beantwoorden was immers op wie de PvdA zich moet richten en wat de politieke boodschap moet worden om zich te onderscheiden. In het huidige versnipperde politieke landschap zit groei er op korte termijn niet in. Niet voor links als geheel, maar zeker ook niet voor de PvdA. In een cynische bui vraag ik me af of mensen wel buiten hun bubbel verbonden willen worden. Er zijn voldoende maatschappelijke factoren die verbinding in de weg staan. In een meer optimistische mood weet ik dat de sociaaldemocratie een uitstekende maatschappijvisie heeft die vroeg of laat weer grote groepen mensen gaat aanspreken, als alle bubbels en hypes een beetje doorgeprikt en overgewaaid zijn. Dan is er weer ruimte om te verbinden. Mogelijk zullen ze dan weer denken en zelfs zeggen, ‘Mag ik dan bij jou’.

Stemmig naar het goede doel

vluchtelingenwerk

De eerste verkiezingspeiling van de SI & GV-quote had beter gekund, hierover later meer. Het goede nieuws is dat er €100, – naar Vluchtelingenwerk gaat en twee familieleden wilde dit bedrag verdubbelen, dus er gaat in ieder geval €300, – naar het goede doel. Verder goed nieuws is, maar dat zal verder onopgemerkt blijven. Mijn peilingen waren een fractie beter dan die van Ipsos en aanzienlijk beter dan die van Maurice de Hond, maar dat mag misschien niet eens een verrassing zijn. Ondanks dit opmerkelijke resultaat, vrees ik dat ik over vier jaar, of zoveel sneller, echt niet gevraagd gaat worden voor een eervolle positie van duider van de verkiezingen. Daarom doe ik het maar hier.

 

Nog even voor het geheugen, de peilingen van 14 maart jl. Voor de echt geïnteresseerden zullen de nieuwe zetelverdeling wel uit hun hoofd kennen.

tabel3

bron: Sprakeloze Intuïtie & Gezond Verstand-quote

Zelf vind ik dat er verbeteringen zijn in mijn systeem. De Turkijerel heeft de PVV niets opgeleverd, dat voorzag ik wel. De extra winst van Rutte had ik wel ingeschat, maar is groter geworden dan ik ingeschat had. Ik weet nu dat de trend die vermeld werd in de pers, namelijk dat het Zuiden de neiging zou hebben terug te keren op het CDA-nest, misschien juist is geweest, maar in een paar dagen niet geëffectueerd kan worden in een significante grotere winst voor het CDA. Trends vlak voor de verkiezingen zijn volgens mij te onbetrouwbaar. Echt fout ging het bij de PvdA. Dat ze zouden verliezen was duidelijk, dat het een ramp zou worden ook. Maar ik was een beetje uitgegaan dat er toch nog wel een aantal spijtoptanten in het hokje alsnog PvdA zouden kiezen. Even los of dit nu de wens de vader van de gedachte is geweest, de voormalige PvdA-er heeft amper voor een links alternatief gekozen. En de uitslag laat dit voor een deel zien, want links heeft geen 29 zetels geprofiteerd.

 

Verder vind ik het heel opvallend hoe de uitslag in de pers geduid wordt. Is het populisme nu echt gestopt? Wilders wint toch en heeft er voor de intellectueel een vriendje bij in de persoon van Thiery Baudet. En als het CDA het paspoort van koningin Maxima wil afnemen, dan weet ik niet hoe dit te duiden? Populisme of een wanhoopsdaad.

En mijnheer Klaver, hij heeft het best aardig gedaan, maar ook niet meer dan dat. Ze krijgen iets extra’s boven hun maximum dat ze ooit gehaald hebben. Maar is dat niet heel karig vergeleken bij de enorme teloorgang van de PvdA. Een potentieel van 29 zetels wisten ze maar heel mager te verzilveren. En voor Jesse wordt het water bij de wijn als ze mee regeren en het verlies voor de volgende verkiezingen incalculeren. En DENK, ik weet het niet. Ik ga nu niet populistisch iets schreeuwen, maar mijn Sprakeloze Intuïtie EN mijn Gezond Verstand zegt dat we staatsrechtelijk met een weeffout te maken hebben in ons staatsrechtelijk bestel. Maar daar mag Kees van der Staaij zich over buigen.

 

Einde van de tocht door stemmig Nederland….morgen D-day.

 

 

Na veertig dagen is het morgen zo ver. Ik ben er uit. Het was niet gemakkelijk. Een aantal partijen viel als heel natuurlijk al af ondanks de stemwijzer. Artikel 1 nam ik niet serieus, Denk vind ik ronduit gevaarlijk, 50+ ronduit belachelijk. Verder hoeft de PVV geen betoog en hetzelfde geldt voor allerlei lelijke klonen op dit gebied. En ondanks Kees van der Staaij heb ik de rest van mijn leven de SGP uitgesloten. Degene die met mij mee zijn gewandeld de afgelopen dagen, weten dat ik ondanks de ogenschijnlijk sympathieke standpunten de Partij van de Dieren ronduit verwerpelijk vind. De kieswijzer, mijn verstand en mijn gevoel hebben nooit een hoge waardering voor de VVD gegeven. Voor het CDA geldt eigenlijk hetzelfde. GroenLinks neem ik pas serieus als ze eindelijk eens regeringsverantwoordelijkheid nemen, kunnen we eens zien hoe lekker dat verhaal van Jesse Klaver blijft klinken. Een de socialisten? De SP is voor mij geen vervanger van de PvdA, want dat was de zoektocht. Wie gaat mijn automatische stem voor de PvdA krijgen.

 

Uiteindelijk bleven over de Piratenpartij, de ChristenUnie, D66 en toch nog steeds de PvdA over. Heel lang neigde ik naar de ChristenUnie. De Piratenpartij viel na het weekend af in verband met hun nodeloos genuanceerde standpunt met betrekking tot Erdogan. En toen ging ik nadenken. Zou D66 het zo anders hebben gedaan de afgelopen periode in vergelijking met de PvdA? Dezelfde vraag gold voor de CU. Het antwoord was nee, driewerf nee. Dus…….stem ik op de partij die het ronduit beroerd heeft gedaan qua het verkopen van de standpunten. De marketing was ronduit beroerd en of het nu regeergeilheid was of verantwoordelijkheid nemen in 2012, ze zullen morgen verliezen. Dat verlies is echt eigen schuld dikke bult, maar ondanks bijna de hele regeerperiode bashen mijnerzijds, blijf ik mijn eigen politieke standpunten gewoon trouw. Ik bereid me morgen maar eens voor op een dag als verliezer. Het maakt me niet eens meer uit of Asscher het vanavond nu wel of niet goed gaat doen.

Een persoonlijke tocht door stemmig Nederland…..nog 10 dagen te gaan.

20130908_143237

Een wolf in schaapskleren, om maar eens een passende uitdrukking te gebruiken voor ‘the rising star’ van de verkiezingen, Marianne Thieme. Vanavond mag ze met de mannen meepraten op het grote rtl-debat. Ja, ik vind het ook gek dat er maar één vrouw bij is, maar  invloed om dat te veranderen heb ik niet. Ik ben ook niet voor quota’s. Daarvoor moet je bij Jesse zijn die ongetwijfeld zijn plaats zou willen afstaan. De Partij voor de Dieren is een partij die me met de groots mogelijke weerzin doet bekruipen. Allereerst die slogans dat je meer van dieren moet houden dan van mensen, gemeten aan hun gedrag. Ik kan er niets mee. Ik vind het getuigen van een rigiditeit en degeneratie van de mensheid als dat je uitgangspunt moet zijn. Laatst hoorde ik Thieme op de radio antwoorden op de vraag of ze de naam van de partij om marketingtechnische redenen niet zou moeten veranderen? ,,Ik beschouw het als een geuzennaam!” Dat is haar goed recht natuurlijk, maar zo ‘geuze’ als zij de naam beschouwt, zo afkerig ben ik ervan.

 

Toch is de presentatie milder dan vijf jaar geleden. Toen waren er periodes dat ik op Twitter wel heel onheus bejegend werd door adepten van de Partij voor de Dieren. Een hele Ark van Noach manifesteerde zich op Twitter in de vorm van twitterdieren. Bij iedere vermeende foute opmerking van mij, al ging het over het onderwijs, liep ik de kans aangesproken te worden door ‘volgorka’, of ‘volgwolf’ of ‘volgschaap’. Bij ieder onderwerp onderwierpen ze je aan een verhoor à la de Inquisitie over je vleesgewoontes, de mate waarin je bereid was tot acties tegen bio-industrie etc. En als het echt een discussie werd, hoopten ze vaak dat ik maar eens als een varken door Europa vervoerd zou worden. En dat was nog wel de minste verwensing. Vergelijkingen met Auswitsch werden me voor de voeten geworpen. Ik zeg niet dat ze lid van de Partij waren, maar ze afficheerden zich er wel mee.

 

Je ziet ze niet meer, die Twitterdieren. Even voor de goede orde, ik vind dat we veel beter met de Aarde moeten omgaan dan we nu doen. Ik besef de ecologische gevolgen van bio-industrie, ik vind in navolging van PVV-er Gaus dat deurenbeulen aangepakt moeten worden. Dierenbeulerij kan wel eens een indicatie zijn voor Huiselijk Geweld wordt wel eens beweerd. Rentmeesterschap moet vooral uitgaan van de mens en ik hoef een koe of stontvlieg niet als mijn gelijke te beschouwen. En toch, Marianne Thieme zegt hele verstandige dingen en haar verhaal is consistent, bijna sympathiek zelfs. En toch vertrouw ik ze niet. Ze moeten toch eens over die naam gaan denken, pas dan zal de zweem van eco-terrorisme verdwijnen. Ik herinner me de uitvinding van het woord ‘Wereldmensendierendingendag’ van Harry Jekkers (Klein Orkest). Als dat het uitgangspunt wordt, ook in de presentatie, ‘than we’re talking’.

 

Een persoonlijke tocht door stemmig Nederland……nog 33 dagen te gaan

 

Ik ga winnen deze verkiezingen, zeker weten. Niet mijn partij, want dat weet ik nog niet. Maar toch ga ik winnen. Ik heb me door mijn oudste zoon laten verleiden tot het wedden bij een van de Engelse wedkantoren. Je kunt bijvoorbeeld wedden wie de minister-president gaat worden. Nu hoor ik dat Alexander Pechtold zich wil laten gelden als de minister-president bij de verkiezingen. Ook Jesse Klaver laat zijn ambities als een echte Jessias de vrije loop en gaat voor het premierschap. Lodewijk Assher is in het publieke domein wat minder luidruchtig, en terecht. Ik denk dat hij stiekem droomt van een onverwachte overwinning en alsnog kan triomferen. Wilders gaat er van uit dat hij de grootste wordt en Mark Rutte dat hij als vanzelfsprekend premier blijft. Loze beloftes en verdere popularisering worden gebruikt om Geert de loef af te steken.

Op het moment dat mijn zoon en ik hebben ingezet was de kans dat Wilders premier zou worden erg groot! Voor iedere ingelegde Euro kreeg je slechts 25 eurocent winst. Dat wil dus zeggen dat de mensen die er op wedden er veel vertrouwen in hebben. In veel gezinnen van Henk en Ingrid is er een gesprek aan de keukentafel geweest met de vraag, zullen we geld inzetten? Als Geert de grootste wordt dan hebben we dubbelfeest. De PVV heeft gewonnen en we winnen ook nog een extra zakcentje. Dan hebben we die grachtengordel even een poepie laten ruiken. Toch? Bij het premierschap van Rutte krijg je vier maal je inzet terug. We hebben beide een tientje ingezet.

Onze winst kan niet uitblijven, want Geert wordt nooit premier, of hij moet onverwacht de meerderheid gaan halen. En nu ben ik best pessimistisch gestemd als het gaat om een positief verloop van de verkiezingen. De PVV gaat zeker groeien, al verwacht ik nog steeds dat de polls in deze positiever zijn dan de verkiezingen zullen laten zien. Als we winnen zijn we beide veertig euro rijker. Met een beetje mazzel kopen we dan een ticket naar Manchester. Gaan we naar een voetbalwedstrijd. Niet naar City of United hoor. Maar naar FC United of Manchester, een club die ruim tien jaar geleden is opgericht door teleurgestelde supporters die tegen de commercialisering van Manchester United waren. Dat is een mooi troostcadeau, want zo blij met Rutte als premier voor de komende tijd ben ik niet. Een bezoek aan deze club is toch een mooie geste tegen het neo-kapitalisme.

 

Een persoonlijke tocht door stemmig Nederland…….nog 34 dagen

 

 

Er is eigenlijk maar een juiste manier om je stem op 15 maart in overeenstemming te laten komen met jezelf. Dat is de politiek volgen, je geheugen gebruiken en nadenken wie je stem het meest verdiend heeft. Een bijkomend voordeel is dat we verlost worden van infantiele en ongeloofwaardige campagnes. Geven we dezelfde mannen en vrouwen nog een kans of heeft een andere partij het toch beter gedaan? Zo simpel is het eigenlijk.

 

Je kunt je ook laten leiden door valse beloftes (o.a. Mark Rutte), een gladde toekomstvisie (Jesse Klaver), bewust onrust zaaien en liegen zonder alternatieven (PVV) om maar wat te noemen. Je kunt een man of vrouw een lekker ding vinden en/of geloofwaardig. Je kunt pijltjes gooien op een dartbord of hopen dat de Allesbestierende de juiste weg wijst. De stemwijzer kan een hulpmiddel zijn en er zijn inmiddels meerdere mogelijkheden. Zo kreeg ik gisteren via mijn zoon De Wijze stem, gebaseerd op een filosofische achtergronden. Dus niet de onderbuik, niet de ratio maar je onderliggende al dan niet onbewust levensvisie als stem-raadgever.

 

Ik kwam uit op John Stuart Mill en dat zou corresponderen met D66. Weer een nadenker erbij. Als verweesde sociaaldemocraat moet je toch wat. En ik durf te stelling te verdedigen dat sociaal-liberalen en sociaaldemocraten in de praktijk niet zo veel verschillen. De aanvliegroute is wat ander. De een gaat uit van individuele vrijheid, maar zal consciëntieus waken voor uitwassen. De ander gaat uit van grote mate van gelijkheid, waarbij de individuele ontplooiing nadrukkelijk ook het doel moet zijn. D66 dus? Wat was er ook al weer mee wat me niet beviel buiten de referenda? O ja, ze waren maximaal voorstander van TTIP.

 

Hiebij de link naar de Wijze Stem

 

 

Een persoonlijke tocht door stemmend Nederland……nog 39 dagen te gaan

20170204_123056

 

Tijdens een sanitaire pitstop viel mijn oog op één van de vele tegeltjeswijsheden die ons privaat rijk is. WHEN NOTHING GOES RIGHT, GO LEFT!!!! Nu had ik dit al wel vaker gezien, want ik pauzeer hier wel vaker, maar in tijden van verkiezingen kreeg de tekst een andere lading. Ik moest er zwaar over nadenken en zoals algemeen bekend is, leidt zwaar nadenken op het schijthok tot een overdosis aan zuurstof. Goed voor het brein, maar aambeien liggen dan op de loer. Verlost van het menselijke ongemak, maar nu wel met een breinkraker van jewelste, begeef ik me even later weer onder de mensen. When nothing goes right, go left!!!

Rechts is natuurlijk al decennia oververtegenwoordigd in Nederland, al krijgt links en dan met name de PvdA van Wilders wel overal de schuld van. Links heeft nooit een meerderheid gehad, zelfs niet in de hoogtijdagen van het hippydom en de babyboomers. De laatste tien jaar leidt links Nederland maar een zieltogend bestaan. Of je moet meedoen met de rechtse partijen zoals de PvdA heeft gedaan en je wordt gedecimeerd. De toch al fletse rode kleur van de sociaaldemocraten is nu geheel onherkenbaar. Rechts heeft dus al jaren de macht, wat Wilders ook moge beweren met zijn schadelijke woordendiarree. Het devies is dus GO LEFT?

Maar wat is dan nog links? Het grote politieke verhaal en de vergezichten hebben afgedaan. De grote ideologieën, socialisme, sociaaldemocratie, liberalisme en christendemocratie zijn slechts voetnoten in de parlementaire geschiedenis. Niemand gelooft er meer in, we worden gedreven door oneliners en soundbites zoals ene Willy dat ooit verwoordde. Onze waarheid komt van Facebook en politici opereren met deze waarheid omdat wij kiezers dat eigenlijk zo willen. Hapklare brokken lusten we, maar morgen weer graag een andere smaak als we verveeld raken. Morgen is er weer een nieuwe waarheid die weer aan de man gebracht moet worden met nieuwe oneliners, soundbites en wederom Facebook en Twitter. Gisteren is dan weer vergeten.

Jesse Klaver probeert het grote verhaal nog wel te brengen, dat is waar. Maar een overdosis aan plagiaat en een te glad marketingsausje maken hem ook volstrekt ongeloofwaardig.

Voorlopig is RIGHT oververtegenwoordigd, BUT NOTHING GOES RIGHT, maar de weg naar LEFT biedt geen uitkomst.

Kakelkrant van Sprakeloos 75 Jesse zal het zien

Hij gaat Nederland veranderen, Europa veranderen en het hele politieke landschap. Jesse Klaver heeft grootse plannen en schroomt niet deze met bravoure te prediken, inmiddels niet meer als snotneus maar als leader van de band Groen Links. We zullen zien Jesse, je mag het van mij proberen. Want Nederland mag best veranderen, sterker, moet veranderen. Europa mag beter, of beter gezegd, moet beter anders is het overgeleverd aan grote bedrijven. Maar of één man dit kan bewerkstelligen, betwijfelen ik. Sterker dat gaat nooit lukken met zijn Groen Links.

,,Maar blijf dan zelf niet aan de kant zitten, help hem, steun hem en stem op hem!” Dat zou je kunnen doen. Maar Groen Links is nu niet zo mijn partij. Ik probeer Groen te denken, al is de praktijk best moeilijk. Links ja, maar eigenlijk al jaren zwevend helaas. Vaak was het in de stemhokjes, Jan of Wouter, Wouter of Jan? Een stem op een fletse roos of de agressieve tomaat. Ik geef toe, vaak stemde ik voor de macht. Een keer wist ik het helemaal niet meer, heb ik Femke Halsema als excuustruus misbruikt, konden ze meeregeren, durfden ze niet. Er zal wel ergens een te rechtsgedraaid compromisje in de weg hebben gelegen om de regeringsverantwoordelijkheid op te pakken. Later voer ze ook nog eens een liberale koers, want dat is goed, ook voor de onderkant van de maatschappij. Groen Links heeft het geweten. Ze mogen nu de wereld veranderen, met zijn vieren, Jesse voorop.

Voor mij zijn twee woorden kenmerkend voor Groen Links, Grachtengordel en Linkse dominees. Mijn antipathie tegen Grachtengordel zal ik vroeg of laat met een peut bespreken, daar vermoei ik u liever niet mee. Daarentegen linkse dominees, die preken niet alleen hun eigen geloof, ze voelen zich vaak ook meerderwaardig en hebben weinig voeling met andersdenkenden, mensen die niet mee kunnen of willen komen. Het lijkt alsof delen van Groen Links ook een soort eigen hiernamaals claimt, waarin alleen mensen mogen komen die volgens de Leer hebben geleefd.
Een plofkip mag niet, behoudens het dierenleed veroorzaakt dat grote milieuschade. Dat doet vlees eten sowieso, dus alleen een puur biologisch biefstukje kan eventueel. Kom daar maar mee aan bij een gemiddeld gezin in een willekeurige Vogelaarwijk, niet te betalen. Terwijl ik durf te beweren dat de ecologische footprint van de meeste GroenLinksers veel negatiever uitpakt dan van Jan Modaal. Hoeveel industriële varkens mag je eten voor een vliegreis naar Exclusivistan? Wat is het fijn dat je een auto hebt om je moeder in de ‘grote stad’ nog op te zoeken, al is het een dieseltje uit het stenen tijdperk. Het mag niet meer in bijvoorbeeld Utrecht, een electrische kun je je niet veroorloven, da’s jammer. Als een misdadiger rijd je nog in je vehikel, al weet je dat jij de last draagt voor het vergaan van de wereld, dat vinden ze bij Groen Links. Oorlogvoeren, daar doen ze in de grachtengordel niet aan, maar ze weten maar al te goed hoe vervelend het is dat vreemden voor hun stulpje aan de Prinsengracht op hun plek parkeren. Invoelend als Groen Links kan zijn, gunnen ze de Afghanen een heuse parkeerpolitie. Hebben ze vast nodig. O ja, metropolitain en wereldburgerschap zijn fijne begrippen als je een goede beurs hebt en hoog opgeleid, dan kun je je lekker linksig liberaliseren.

Op heel veel gebieden hebben ze feitelijk ongetwijfeld gelijk, maar ze zorgen met het afkopen van Groene Aflaten wel dat zij zich vooral exhibitionistisch tonen zeer goed bezig te zijn. Jesse heeft groot gelijk als het bijvoorbeeld gaat om de verdergaande economisering van veel menselijke waarden en normen. Dat moet afgelopen zijn. Hij mag het zo vaak mogelijk zeggen, bevlogen, enthousiast en zelfs overmoedig. Pas als hij de hautaine betweterigheid van Groen Links met hun zogenaamde bijna kerkelijke principes de mond kan snoeren, dan neem ik die partij weer serieus. Er is niets mis met hun idealen, maar vooral hier geldt C’est le ton qui fait la musique. Als Jesse daadwerkelijk zijn politieke klavertje vier heeft gevonden, dan zal ik helpen dat te koesteren en kan hij op deze dakloze stemmer rekenen.